Coworking als wereldwijde beweging is enorm gegroeid en heeft zich grotendeels ontwikkeld uit de inzichten en standpunten van mensen met een van drie achtergronden: de Open Source beweging, design – en specifiek Universal Design – en de horeca. Met zulke voorouders is het te verwachten dat we zorgvuldig onze woorden kiezen om ervoor te zorgen dat onze bedoeling tijdens het spreken ook daadwerkelijk aankomt zoals het bedoeld was. Omdat het een internationale beweging is, houden we ons ook dagelijks bezig met de vraag of we in de groep allemaal helder doorhebben wat er nu eigenlijk hier gezegd wordt.

Het is wel interessant om op te merken dat mensen wereldwijd niet precies tot een definitie van hospitality  kunnen komen, gezien dat iedereen het eens is dat het wel bestaat. Dus het begint sowieso met een discussie: hoe bedoel je?  Is dat gastvijheid, gastvrouwschap, of nog iets anders?

Gastvrijheid is het openstaan – dat je voor een warme en verwelkomende omgeving zorgt, dat alles klaar staat gedurende het verblijf van de gast. Gastvrijheid gaat om de omgeving en sfeer die gecreëerd wordt, met een bepaalde doelgroep van gasten in gedachten. Het is een beleving die je voor ogen hebt, en dat houdt een aantal grenzen in.

Gastvrouwschap gaat niet zo zeer om het openstaan als om een actief aanbod.  Het is een vak – voor sommigen onder ons is het bijna een kunst – maar het kan geleerd en ook gemeten worden. Dat schrikt af voor sommigen; ‘wat gemeten kan worden kan niet vanuit je hart komen’ is de gedachte. Het is belangrijk om op te letten hoe je gaat meten maar dat is niet helemaal waar: het is in de basis een vak.  En dat vak wordt uitgeoefend in verband met een relatie, een commitment, tussen de mensen daar.  Het is dus niet zo zeer openstaan voor iedereen die langskomt als een gemeten resultaat geboden binnen een lange termijn relatie.

Wat heeft dit alles met bedrijfsonroerendgoed te maken?

Bedrijfsonroerendgoed wordt als product gezien  Het wordt in vierkante meters gemeten.  Het wordt gekocht, opgesplitst, doorverhuurd, beheerd, weer verkocht. Een bedrijfspand is vrij concreet, je kunt het aanraken. Dat werkt al langere tijd zo  en dus is het logisch dat we zo erover nadenken.

Maar er komen veranderingen aan in de manier waarop wij zaken doen evenals onze benadering tot werk. Een bedrijf, de huurder of koper van een bedrijfspand, wil niet per se een bedrijfspand hebben: een bedrijf wil gezonde, productieve, en als het kan gelukkige werknemers en freelancers aan het werk hebben.  Een stukje prestige mag zeker ook. 

En als dat allemaal kan zonder het toe eigenen van een groot gebouw, als het kan door het anders aan te pakken, dan waarom zouden bedrijven eigenlijk dat product – naast het product dat de core business van het bedrijf opmaakt – ook erbij moeten hebben?   Behalve dat het altijd zo is geweest natuurlijk maar dat heeft de walvisolie industrie ook gezegd.  Die sector is nu dood en dat missen we niet.  Onmisbaar toen, nu compleet vervangen door andere sectoren.

Er is ook veel gezegd over de invloed van technologie in deze transformatie en dat is zeker belangrijk.  Maar het is niet alles en is niet eens de helft.  Als we overgaan in de richting van Space as a Service is het wel handig om het een en ander te automatiseren.  Het is goed om te weten wie wat doet en wat er nodig is voor de werknemers van zo’n prestigieuze plek.  Maar de werknemers hebben hier ook het een en ander te zeggen en het is belangrijk om ook in de gaten te houden wat de mensen vinden van de technologie en diens gevolgen voor het leven van de medewerkers.  

Hoe krijgen we het voor elkaar?

Coworking als beweging heeft de vraag beantwoord met de toevoeging van gastvrouwschap. De Open Source achtergrond heeft ons vanaf het begin rekening laten houden met technologie en de positieve en negatieve gevolgen van het toepassen d’r van aan een professionele ruimte. Vanuit het perspectief van Universal Design houden we ons bezig met het denken vanuit eerste principes en het belang van de verbintenis onder coworkers – de gasten – om de gemeenschap te laten groeien.  En de horeca heeft ervoor gezorgd dat we gastvrouwschap in acht nemen, om alles bij elkaar te brengen.

We staan er ook bij stil: een cowork ruimte is een plek waar iedereen die daar zit, staat, of danst, het vrijwillig doet, uit eigen wil.  In een doorsnee werkomgeving is dat niet het geval. Daar wordt traditioneel gesproken gedrag bepaald door een ander. Dat maakt de omgeving ook anders en het aanbieden van gastvrouwschap anders dan in een doorsnee kantoorpand.

Het is nog steeds belangrijk om erbij stil te staan: vastgoed is en blijft vastgoed. Ook in de toekomst zullen we moeten begrijpen hoe het gebouw zelf functioneert. Het gebouw moet werken en onderhouden worden zo goed als het technisch kan. 

Daarna zullen we nog steeds moeten begrijpen hoe de mensen het gebouw daadwerkelijk gebruiken. Daar komt de IT sector bij kijken.  Wat doet men precies hier in een bepaalde ruimte? Wat verandert er op een dag, een week, een seizoen en in de vakantietijd? Hoe komen ze en hoe gaan ze weg?

En dan is er ook inzicht nodig in waar het individu zich bezig mee houdt.  Wat voor taken worden uitgevoerd en waar? Welke lukken niet? Met deze informatie gaan we te werk.  

Het is een gezegde dat het ontwikkelproces in Open Source software bevat: ‘bouwen, meten, leren’. Je bouwt iets, je meet hoe het gebruikt wordt en daar leer je van. Dan bouw je verder.  

In de vastgoedbranche stopt het bij bouwen, en dat is waar coworking juist niet stopt.

​​

Scroll to Top